Leerdoelen
1. Leerlingen moeten leren inzien dat hun manier van leven en met name hun consumptiepatroon consequenties heeft voor elders en later. Onze consumptie laat een ‘voetafdruk’ na. Leerlingen zouden ervan overtuigd moeten raken dat we moeten streven naar uitsluitend positieve duurzame voetafdrukken.
2. Leerlingen moeten zich vooral bewust worden van het feit dat ons consumptiepatroon negatieve gevolgen heeft voor het leven van de mensen in de derde wereld.
3. De nadruk moet liggen op de (positieve) mogelijkheden, maar onvermijdelijk blijft ook het wijzen op negatieve gevolgen: soorten die uitsterven komen nooit meer terug, ecosystemen die verdwijnen of ernstig worden aangetast, herstellen zich niet zo volledig als lang gedacht is.
4. Een koppeling van aspecten uit de ecologie, de aardrijkskunde (sociale geografie en geologie), de geschiedenis (archeologie) en economie kan hierbij verhelderend werken.